top of page

Geschiedenis

Helemaal aan het begin van de Efteling 31 mei 1952 is een stuk heide bezaaid met Vliegdennen, een Vliegden is soort boom die meestal op de heide te vinden is. Maar nu is de Efteling al gegroeid tot een wereldformaat. De Efteling is niet zoals vele attractieparken in 1 keer gebouwt maar groeide door de jaren heen, waarbij attracties hier en daar werden aangepast en bijna jaarlijks nieuwe attracties werden toegevoegd. De oudste attractie is het sprookjesbos en de draaimolens op het Anton Pieckplein. Vanaf 1981 kwamen er ook wat meer adrenaline attracties bij. Vooral om bezoekers tussen de 12 en 20 jaar oud naar het park te lokken. Na dat de attractie de Python op het park geplaatst was, zette de attractie de Efteling meer dan ooit op kaart. Na 1986 werd het thema ''Sprookjes'' toch weer teruggergrepen. Zo kwamen er 2 attracties bij: ''Droomvlucht'' en ''Fata Morgana''. 2 attracties die echt iets met het thema ''Sprookjes'' te maken hebben.

 

In 1933 kregen pastoor F.J. De klein, kapelaan E. Rietra en de voorzitter van de voetbalvereniging D.E.S.K J. Smit het plan om een sportpark aan te leggen op de zandgronden van Loon op Zand, vlakbij het dorpje Kaatsheuvel. Een jaar later ging de eerste spade de grond in en werd het sportpark aangelegd. Op 19 mei 1935 opende het R.K. Sport- en Wandelpark officieel het park. Het park bestond uit een voetbalveld, twee oefenvelden en een speelweide. Een paar jaar later kwam er een speeltuin met een draaimolen, een glijbaan (de hoogste van Nederland), een kabelbaan, een ponybaan en een wielerbaan van zand. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef het park gewoon open. De voorzitter van het kerkbestuur A van den Berkel ging zich in 1948 met de Efteling bemoeien en hij legde plannen op tafel voor een uitbreiding van meer recreatiemogelijkheden in de gemeente Loon op Zand. Deze plannen werden uitgewerkt door ingenieur Heijdelberger en ingenieur Markvoort, van de Dienst Uitvoerende Werken. (D.U.W.) In dat zelfde jaar kwam er een nieuwe burgermeester voor Loon op Zand/Kaatsheuvel. Hij heette Reinier van der Heijden. Van 23 tot en met 27 juli 1949 werd op het terrein van de Efteling, de tentoonstelling De Schoen gehouden. Voor deze expositie werd een ingang gebouwd die in de komende jaar de ingang van de Efteling zou zijn. Op 25 mei 1950 werd de oprichtingsakte van Stichting Natuurpark De Efteling officïeel ondertekend. Er kwam subsidie van de gemeente voor de vernieuwing van de speeltuin en er werd een begin gemaakt voor grote grondwerkzaamheden, onder andere de aanleg van de Siervijver, de Vonderplas en de roei- en kanovijver. Er kwamen paden, parkeervelden, tennisbanen en sportvelden. Op 11 mei 1951 werd de nieuwe speeltuin met bijbehorend theehuis geopend.

 

Aan de wieg van de Efteling (toegangspoort van de Efteling) stond nog steeds Reinier van der Heijden. Op 25 mei 1950 werd het contract van de stichting natuurpark "De Efteling" ondertekend. Als voorzitter trad Reinier van der Heijden op. Hij wordt ook wel de grondlegger van de Efteling genoemd. Het idee van een sprookjesbos kwam van mevrouw E. van der Heijden, de vrouw van R. van der Heijden. Later zijn fotograaf Peter Reijnders en illustrator Anton Pieck aangetrokken door het idee. Samen zorgden zij ervoor dat op 31 mei 1952 het Sprookjesbos kon worden geopend met tien sprookjes. Op het terrein van 65 ha lagen toen ook waterpartijen, tennis- en voetbalvelden, een theehuis en een speeltuin. De 222.941 bezoekers in het eerste jaar betaalden 80 cent (36 eurocent) voor een toegangskaartje. Na een groot succes in de Efteling namen er meer sprookjes plaats in het sprookjesbos. In 1955 kwam het sprookje Hans en Grietje. Het sprookje werd geopend door de dochter van de grondlegger van de efteling. Reinier van der heijden. in 1958 kwam de Vliegende Fakir en in 1960 vond roodkapje haar plaats in het bos. Tussen 1953 tot 1989 konden de bezoekers van de Eftling een frisse duik nemen maar die attractie is onderhand weg van het park. Het Anton Pieckplein werd een middeleeuws stadsplein met kermismolens en andere kleine attracties, neem een voorbeeld aan de eierleggende kip. Paters (mensen uit het klooster) verdiende een redelijk centje met het vullen van de eitjes. Eén van de laatste vier saloncarrousels ter wereld, waar Anton Pieck zelf nog in zijn jeugd menig rondje op deed, kreeg in 1956 een plaatsje in de Efteling. Holle Bolle Gijs liet vanaf 9 september 1958 zijn stem horen in het park, met zijn bekend stemmetje: ''Papierrr Hierrr!''    

 

De Efteling groeide razend snel. Anton Pieck en Peter Reijnders bleven trouw het park bezoeken en werkten mee aan de vele creatieve ideeën die er  ontstonden. De grootste attractie die in dat jaar geopend werd (1966) was de Indische Waterlelies. Het sprookje was geschreven door Koninging Fabiola van België. Bij de opening was ze niet aan wezig maar ze bezoekte na een tijdje toch haar geesteskind. Het Kinderspoor/Traptreintjes was er al in 1954, maar de eerste stoomlocomotief reedt er pas in 1974. Locomotief Aagje kreeg in 1974 versterking van Moortje, in 1979 van Neefje en in 1992 van Trijntje. Nog meer treinen verschenen achter de Stoomcarrousel in 1971 in de driedimensionale miniatuurwereld Diorama. Alles daar heeft Anton Pieck zelf ontworpen.

 

Begin jaren '70 werden er nog enkele sprookjes en kleine attracties toegevoegd. Anton Pieck en Peter Reijnders verlieten het park en Ton van Ven nam het potlood over. Hij vernieuwde niet alleen oude ontwerpen (zoals Sneeuwwitje, Langnek en Doornroosje), maar zorgde ook voor nieuwe attracties. in 1978 opende hij het Spookslot, dat was zijn eerste grootte project. Een zakkende bezoekersaantal en de concurrentie van andere attractieparken zorgden er voor dat het roer omgegooid werd naar de jaren '80. Zodoende opende de eerste stalen achtbaan op het vasteland van Europa. Toen de Python in 1981 werd geopend was deze meteen een doorslaand succes. Tegelijk met de Python werd de Gondolette aangelegd. Deze bootjes op de grote siervijver waren bedoeld voor een tijdelijke testproject voor het later te bouwen Fatamorgana. Deze attractie was een groot succes voor de ouderen. Zo'n groot succes dat de Gondolette als attractie op het park bleef staan.

 

Het park bouwde op van het succes van de Python voort aan grootse attracties, vooral bedoeld voor pubers en (jonge) volwassenen. In 1982 vond de op dat moment grootste schipschommel ter wereld, de Halve Maen, in de Efteling een plaats, gevolgd door de wildwaterbaan Piraña in 1983, de bobsleebaan Swiss Bob in 1985 en de houten achtbaan Pegasus in 1991. Attracties als Carnaval Festival in 1984, Polka Marina in 1984, de Oude Tufferin in 1984 en Monsieur Cannibale in 1988 zorgden voor genoeg aanbod voor de andere doelgroepen van het park, waaronder voornamelijk gezinnen met kleine kinderen.

Daarna keerde de Efteling weer terug naar het sprookjesthema. Na een voorbereiding van meer dan vijf jaar door Ton van de Ven en zijn team werd in 1986 Fata Morgana geopend. Deze attractie is gebaseerd op de 'Sprookjes van 1001 Nacht'. In bijna één kilometer decor bewegen 140 verschillende poppen (animatronics). De Pagode brengt de bezoekers sinds 1987 naar een hoogte van 45 meter. In het Sprookjesbos verscheen na een lange tijd weer een nieuw sprookje: de Trollenkoning. Een geheel eigen Eftelingsprookje, het Volk van Laaf, werd in 1989 geschreven door Ton van de Ven. De attractie opende pas een jaar later. In 1991 ontving de Efteling haar 50 miljoenste bezoeker sinds de opening in 1952. Door de vele verzoeken van bezoekers om een kijkje achter de schermen van de Efteling te mogen nemen en de even zovele afwijzingen ervan, besloot de Efteling om zelf naar het publiek toe te gaan. Op 17 en 18 oktober 1982 vond een grote manifestatie plaats in De Werft in Kaatsheuvel waarbij het publiek kennis kon nemen met alle afdelingen van het park. Ter gelegenheid hiervan werden ongeveer zestig originele tekeningen van Anton Pieck tentoongesteld. Ook kon men maquettes van diverse attracties bewonderen, werden bouwtechnieken getoond en was het eerste prototype te zien van de bedelende Arabieren uit de vier jaar later te openen attractie Fata Morgana.

 

In 1992 ontving de Efteling de Applause Award. Met deze hoge toeristische onderscheiding van de International Association of Amusement Parks and Attractions (IAAPA) mocht de Efteling zich twee jaar lang het beste park ter wereld noemen. In 1992 opende buiten het park het eerste onderdeel van het 'Wereld van de Efteling'-project (om het park geschikt te maken voor een bezoek van meerdere dagen): het Efteling Hotel. De achttien holes van het Efteling Golfpark en het Clubhuis werden officieel geopend in 1995. In 1996 opende het 'Huis van de Vijf Zintuigen', het entreegebouw met de onofficiële titel het grootste rieten dak ter wereld te hebben. In 2000 werden de Pardoespromenade en de Brink aangelegd. Daardoor ontstonden grote paden van de ingang naar het centrum van het park, die de bezoekers gemakkelijker naar de vier uithoeken van het park brengen. In Droomvlucht, een darkride ontworpen door Ton van de Ven, is gebruikgemaakt van mythologische figuren als trollen, gnomen en elfjes. De attractie wordt al jaren door vele bezoekers beschouwd als de favoriete attractie. Deze attractie werd geplaats als jubileumattractie bij de 40e verjaardag van de Efteling, maar door techinsche problemen werd de attractie pas een jaar later geopend. Op een idee van een kermisattractie ontwikkelde de Efteling samen met Vekoma in 1996 een attractie genaamd Vila Volta. Het park mocht daarna naar Hollywood de THEA-awoord ophalen. In 1998 opende Vogelrok haar vleugels. Deze achtbaan kreeg een vermelding in het Guinness Book of Records. Het entertaiment groeide jaar op jaar, met producties als: Showtime met Pardoes (1994), Samson en Gert (1994-1997), Efteling Sprookjesshow (1996-1997), Nieuwe Efteling Sprookjesshow (1998-2001) en Efteling on Ice' (2001). Voor de laatste twee shows ontving de Efteling tweemaal de Big E-award, de internationale prijs van de IAAPA voor de beste parkshow ter wereld.

Voor het eerst in tien jaar verschenen in 1998 nieuwe sprookjesfiguren in het Sprookjesbos: Klein Duimpje en de Reus en Repelsteeltje maakten hun opwachting. Een jaar later werden twee sprookjes compleet gemaakt met de herberg van Tafeltje dek je en het kasteel van de Stiefmoeder van Sneeuwwitje waar een nieuwe toverspiegel te zien is. De oude spiegel in het Sprookjesmuseum verdween daarmee. Na twintig jaar keerde tevens de Chinese Nachtegaal terug, ditmaal in het paleis van de keizer. In 2001 kwam Raponsje in haar toren wonen.

Voor het eerst in haar bestaan was de Efteling in de winter van 1999/2000 gedurende 21 dagen geopend. Na een proef van drie jaar werd in maart 2002 besloten de Winter Efteling definitief op te nemen in het programma.

 

 

bottom of page